Schoolmakers toolbox voor opleidingsontwerp: het ADDIE-model verrijkt met inzichten en tools uit de veranderkunde en ontwerpwetenschappen
“Hoe zorg je voor betrokkenheid en eigenaarschap van docenten, zonder hun draagkracht uit het oog te verliezen? Hoe ga je om met weerstand bij een veranderproces dat moet leiden tot een nieuw opleidingsontwerp? En hoe bouw je dan samen aan een visie voor een opleiding?” Het zijn maar enkele van de vele vragen over opleidingsontwerp. Curriculumontwerp is hot in het hoger onderwijs. Maar hoe vlieg je curriculumontwerp nu het best aan? In deze blogreeks openen we onze Schoolmakers-toolbox en reiken we je graag enkele inzichten, handvatten en tools aan om met ontwerpprocessen aan de slag te gaan.
In de vorige blog namen we je mee door de vijf stappen van het ADDIE model – analyse, ontwerp, ontwikkeling, implementatie en evaluatie – en hoe die structuur kunnen bieden bij het ontwerpen van een curriculum. Onze ervaring met de successen en valkuilen van curriculumontwerp leert ons dat het doorlopen van elk van de stappen op zich nog geen garantie tot succes biedt. Elke stap vereist de nodige métier, kunst en kunde. Die vinden we in de onderwijs- en veranderkunde en ontwerpwetenschappen.
In deze blog vullen we het ADDIE model daarom graag aan met beproefde inzichten uit de onderwijs- en veranderkunde en ontwerpwetenschappen. Zo blijf je niet hangen bij een goed begin en kan je al meteen enkele stappen verder zetten. Lijkt het je zinvol om hier concreet mee aan de slag te gaan? Onderaan deze blog vind je een uitnodiging voor een gratis SchoolSmaker op donderdag 25 mei waarbij we het verloop van de masterclass ‘Opleidingen Ontwerpen: van Plan tot Implementatie’ toelichten en jouw vragen beantwoorden!
Ontwikkelingsgericht veranderen
Vanuit het ontwikkelingsgericht veranderen nemen we inzichten mee van hoe je als begeleider het veranderproces begeleidt dat een curriculumontwerp eigenlijk is.
Alles doet ertoe! Wie nodig je uit voor een overleg? Hoe plaats je de stoelen tijdens een workshop? Op welke manier spreek je deelnemers aan? Met wie neem je contact op tussen sessies? Alles doet ertoe in een veranderproces! Tegelijkertijd: het staat niet in steen gebeiteld wat goed of fout is. Wat met de ene groep werkt, mislukt mogelijk met een volgende. Denk dus gericht na over welke stappen je zet in elk van de ADDIE-fasen. Probeer weloverwogen uit wat je denkt dat het beste zal werken. En reflecteer nadien over wat wel en niet werkte, en waarom. Trek lessen voor een volgende keer, liefst samen met een collega!
Creëer draagvlak. Bij heel wat curriculumhervormingen loopt het mis in de implementatiefase. Er zijn mooie plannen uitgewerkt en er is materiaal ontwikkeld, maar de lectoren en docenten werden beperkt of pas laat betrokken. Gevolg: hoewel er op papier een nieuwe leerlijn of een herwerkt curriculum is, merkt de student er weinig van. De docenten zien het nut van de hervorming niet in, staan er niet achter, of voelen zich onzeker over hoe ze met de vernieuwing aan de slag moeten. Beter is het daarom om de docenten van in het begin te betrekken. Enkele concrete tips en tools:
- Neem de lectoren en docenten mee in het waarom van de beoogde verandering en geef ze de ruimte om zich hiertoe als individuele docent te verhouden. Reflecteer samen over het risico dat je loopt als je niet verandert.
- Zorg voor een gedeeld beeld van waar je samen naar toe wil, bijvoorbeeld door met driver statements (Sociocratie 3.0) of generatieve vragen (Appreciative Inquiry) te werken.
- Zorg voor betrokkenheid en eigenaarschap door samen procesafspraken te maken. Een leidende vraag hierbij zou kunnen zijn: ‘Wat vind je belangrijk aan hoe we dit samen doen?’
- Wees helder over hoe lectoren en docenten kunnen participeren en over wie waarover beslist.
Sta stil bij rollen en mandaten. In een curriculumwijziging aan een universiteit of hogeschool gaan typisch drie partijen samen aan de slag: het opleidingshoofd, de docenten en de onderwijsondersteuner. In de ideale, evenwichtige samenwerkingsrelatie heeft het opleidingshoofd een duidelijke visie, weet hij/zij de docenten te enthousiasmeren om mee te werken en aanvaarden de docenten de onderwijsondersteuner als ondersteunende kracht. Deze ideale situatie komt echter vaak niet overeen met de realiteit. Zo durft het opleidingshoofd al wel eens meer op de achtergrond aanwezig te zijn, waardoor de lectoren en docenten zich afvragen wat ze aan het doen zijn en waarom, en de onderwijsondersteuner zich niet gesteund voelt. Of de lectoren en docenten zien het nut van een centraal ingevoerde curriculumwijziging niet, waardoor er weinig enthousiasme is om mee te werken en de onderwijsondersteuner zich gedwongen voelt zelf veel van het werk uit te voeren. Het is daarom belangrijk om in de samenwerkingsrelatie, zowel in het begin, als tijdens het proces, regelmatig stil te staan bij mandaten en rollen. Maak duidelijke afspraken over jouw rol, creëer eigenaarschap door hierop te blijven sturen. We geven graag enkele hulpbronnen mee die je kunnen helpen hier de nodige scherpte in te krijgen:
- Denken in driehoeken (Kessels en Smit)
- Ginko Change agents model (Daan Sorgeloos)
Omgaan met weerstand. Changing a university is like moving a graveyard – you don’t get help from the people inside.Waar verandering is, is er weerstand. En als we deze spreuk mogen geloven, geldt dit zeker ook voor universiteiten (en de hogescholen). Weerstand herkennen, erop anticiperen en ermee kunnen omgaan zijn daarom sleutelvaardigheden als het gaat om processen van curriculumontwikkeling begeleiden. Bekijk zeker eens deze blog en deze blog voor de nodige inspiratie over hoe je aan de slag kunt gaan. Belangrijk: neem het niet persoonlijk, beschouw weerstand als kostbare informatie, die je kan helpen het proces verder vorm te geven, en een succesvol verandertraject te lopen.
Ontwerpwetenschappen
Vanuit de ontwerpwetenschappen nemen we inzichten mee over hoe je ontwerpt met de gebruiker in het achterhoofd:
Voorzie de nodige ruimte voor onderzoek en divergentie. Kenmerkend voor ontwerpwetenschappen is de afwisseling tussen divergentie (brede exploratie van het probleem) en convergentie (gefocuste probleemoplossing). De eerste fase zorgt ervoor dat het juiste probleem wordt opgelost; de tweede zorgt ervoor dat het probleem juist wordt opgelost. Beide elementen zijn even belangrijk. We merken dat bij het doorlopen van het ADDIE-model de verleiding groot is om de divergerende fase in een drafje te doorlopen. We denken immers goed te weten waar de problemen zich bevinden. Bovendien willen we het ijzer smeden als het heet is en het groepje enthousiaste docenten dat meteen de handen uit de mouwen wil steken, niet teleurstellen. Als procesbegeleider is het echter belangrijk om op dat moment ervoor te zorgen dat de groep de nodige tijd neemt om zich te oriënteren op huidige en toekomstige trends en hoe deze de eigen opleiding impacteren, zodat de blik voldoende naar buiten gericht wordt. Veel organisaties hebben het immers moeilijk om los te komen van hun bestaande werkwijze, en hogescholen en universiteiten zijn hierin niet anders. Deze tijd nemen, biedt uiteindelijk meer garanties tot een toekomstbestendig curriculum en is dus tijd gewonnen.
Denk vanuit de gebruiker. Een vaak gemaakte fout in processen van curriculumontwerp is dat we nog te vaak denken vanuit het perspectief van de docent of de onderwijsorganisatie. Vanuit de ontwerpwetenschappen leren we dat denken vanuit de gebruiker leidt tot studentgerichte curricula. Is de student dan de enige toetssteen? Nee, maar het loont wel op er een belangrijke toetssteen van de te maken. Tools uit de ontwerpwetenschappen die we hiertoe kunnen gebruiken zijn bijvoorbeeld service safari’s, persona’s of student journeys (ga naar p. 12 van de link).
Ga voor cocreatie. Terwijl we het in het vorige punt nog hadden over denken vanuit de gebruiker, gaat het hier over denken met de gebruiker. En niet alleen de eindgebruiker, maar alle stakeholders. Cocreatie is een proces van samen oplossingen creëren die tegemoet komen aan een algemeen belang. Het gaat dus over ontwerpen mét mensen in plaats van voor mensen. Lees er zeker deze blogs eens op na om wat dieper in het begrip te graven: https://www.schoolmakers.be/blog/cocreatie-meer-dan-een-hype/ en https://www.schoolmakers.be/materiaal/cocreatieve-methoden/
Visualiseer. Design is het tastbaar maken, zowel van het eindresultaat als van het proces, leren we van Jurgen Tanghe van Studio Dott. We verzamelen in een ontwerpproces veel data, vaak met een kleine groep mensen. Onderzoek wijst uit dat visualisatietechnieken effectief zijn met het oog op het begrijpen van zowel het probleem als de mogelijke oplossingen. Werken met visuele methoden zorgt er bovendien voor dat een ander deel van ons brein, en daarmee het creatieve denken, gestimuleerd wordt. We geven nog enkele mogelijkheden mee om hier concreet mee aan de slag te gaan:
- Student journeys, persona’s, empathiemappen, storyboards en rich pictures helpen je om informatie tastbaar en behapbaar te maken.
- Ook interessant in dit opzicht: werken met prototypen. Laat docenten in groepjes een prototype uitwerken, bijvoorbeeld van een leerlijn, en trek hieruit lessen. Zorg voor het nodige materiaal om dit mogelijk te maken. Meer informatie over verschillende soorten van prototyping in instructional design, vind je in dit artikel.
Itereer: In designdenken staat de dynamiek centraal van verschillende denkrichtingen en -opties te bedenken en die te toetsen op hun gepastheid. Dit gebeurt in korte iteraties of ontwikkelcycli. De ADDIE fasen hoeven dus niet strikt achter elkaar worden doorlopen – er kan al in een korte iteratie iets ontwikkeld en uitgeprobeerd worden. Door te werken met prototypes, zorg je ervoor dat de opties die voorliggen tastbaar gemaakt worden.
Wil je graag met deze tools concreet aan de slag in je ontwerp- en begeleidingswerk in jouw onderwijsorganisatie, maar weet je nog niet zo goed hoe je dat nu op cocreatieve wijze tot een succes maakt? Goed nieuws! In de masterclass ‘Opleidingen ontwerpen: van plan tot implementatie’ bouwen we verder op deze (en andere) inzichten uit de onderwijs-, ontwerp- en ontwikkelwetenschappen. We beginnen met twee opeenvolgende opleidingsdagen, daarna vullen we de inzichten aan met twee intervisiesessies rond jouw praktijkvragen.
Nog enkele vragen voor je je inschrijft voor deze opleiding? Snappen we! Op donderdag 25 mei organiseren we een gratis korte SchoolSmaker waarbij we het verloop van de masterclass toelichten en jouw vragen beantwoorden.
Ben je op zoek naar een opleiding of begeleiding bij curriculumveranderingen op maat van jouw school? Stuur dan een mailtje naar info@schoolmakers.be of jetje@schoolmakers.be en we helpen je graag verder.
Auteur: Jetje De Groof
Wil je op de hoogte blijven van onze activiteiten, publicaties en verhalen?
Schrijf je in op onze nieuwsbrief