[Q&A Leren Differentiëren] – Flipping the classroom

24 mei 2018

Deze vraag kregen we voorgeschoteld tijdens één van onze Q&A sessies van onze e-course leren differentiëren. Schoolmaker Saskia leidde de sessie en gaf graag antwoord:

Flipping the classroom is een didactische aanpak waarbij je je klassieke les omdraait: de instructie of de leerstof (de eigenlijke uitleg) geef je vooraf, meestal in een filmpje. De leerlingen kijken hier thuis naar en verwerken zo een deel van de leerstof op voorhand. In de klas is er dan ruimte voor verwerking, inoefening en individuele feedback.

Hoe zorg je ervoor dat leerlingen vooraf naar het filmpje kijken?

We geven graag vijf tips mee:

  1. Ken jezelf en ken je leerlingen

    Kijk naar flipping the classroom als leerervaring, voor jou én voor je leerlingen. Het is nieuw voor iedereen, dus het is ook prima als het niet meteen voor de eerste keer lukt.  Wat werkt er motiverend voor je leerlingen? Bedenk welke manieren er werken voor jouw publiek en wat voor jou als leerkracht werkt. Voor welke ‘beloning’ zijn jouw leerlingen gevoelig? Bekijk het ook als experiment, kies wanneer je deze werkvorm inzet en baken het af. Voor welke les of lessenreeks leent deze methode zich? Wanneer kan je ruimte maken om filmmateriaal te zoeken of te maken? Kiezen is winnen! 

  2. Steek vooral tijd in je les, eerder dan in je filmpje.

    Online zijn er heel veel goede instructiefilmpjes te vinden waar leerstof wordt uitgelegd, denk aan TEDed, YouTube, Freewiski (voor wiskunde-leerkrachten), Facebookgroepen via Klascement ed, Hier kan je veel filmpjes plukken die je kan gebruiken om jouw leerlingen een geflipte les te geven. Maak je toch graag zelf een filmpje? Hou het eenvoudig! Met een opgenomen presentatie (Screencast) kom je al heel ver. Drie belangrijke zaken wanneer je een screencast maakt:

    • Creëer structuur. Zoals je dat ook in een les zou doen. Waarover gaat deze les? Wat zijn de stapjes? Hoe klinkt de samenvatting op het einde?
    • Visualiseer. Zorg voor afbeeldingen die helpen bij het leerproces. Visuele houvast in een schema, cartoon, foto of grafiek.
    • Hou het tempo erin. Besteed voldoende aandacht aan elk topic, en let erop dat je niet al te veel versnelt of vertraagt. Je krijgt geen (non-verbale) feedback van je publiek, dat maakt het moeilijker. Overdrijf lichtjes je intonatie, dat helpt 🙂
  3. Zorg dat je je les zorgvuldig opbouwt

    Vertrek altijd vanuit je doelen. Waar wil je dat je leerlingen op het einde van die les/lessenreeks landen? En hoe plaats je het filmpje in die opbouw? Wat moeten ze dankzij het ‘flipping the classroom-filmpje’ te weten komen? Vaak is dat slechts een beperkt aspect: het gaat om die kennis die ze via een gerichte instructie of specifieke uitleg kunnen verwerven. De clou van je les zit in het contactmoment, want daar gebeurt de verwerking en krijg je écht zicht op waar de eventuele struikelblokken zitten.

  4. Zorg ervoor dat je leerlingen effectief kijken

    Waarmee we naar de vraag kijken die gesteld werd. Maak onderscheid tussen de inhoud van het filmpje (zie tip 2 en 3) en de voorbereidende activiteit. Belangrijke vraag om over na te denken: “hoe kunnen leerlingen voorbereid naar de les komen?”. Duid ook het belang van die voorbereiding aan je leerlingen. Zorg dat ze een ‘entry-ticket’ nodig hebben dat hen klaarmaakt voor de les en waardoor ze welkom zijn. Een voorbereidende activiteit, een luistertaak kan zijn:

    • Kom met een mindmap van wat je gehoord/gezien hebt naar de les.
    • Leg één of twee van de belangrijkste concepten in je eigen woorden uit.
    • Je kan ook een zelftest maken via Google Forms, zodat je op voorhand al zicht hebt over waar je leerlingen staan.
    • Vraag hen om zelf vragen op te stellen rond de leerstof in het filmpje en die mee naar de les te nemen.
    • Geef hen al de oefeningen die ze in de les zullen moeten maken, zodat ze een idee hebben wat hen te wachten staat.    

      Voeg gerust een speels element toe ergens in je filmpje doe je iets geks, wat de leerlingen echt wel willen gezien hebben. Of laat ze tijd verzamelen. Tijd die ze door een goede voorbereiding kunnen inzetten op een thema naar keuze. Dat biedt vrijheid en vrijheid werkt motiverend.

  5. Differentieer in je les

    Hoe beter je zicht hebt op hoe goed je leerlingen ‘mee’ zijn, hoe beter je ook kan differentiëren. In het beste geval geeft een Google Form je een mooi analytisch overzicht over waar je leerlingen al dan niet staan. Is dat niet zo? Start dan je les met een korte, formatieve evaluatie dat een beeld geeft op waar je leerlingen staan. Werk dan volgens het sporenmodel in je les op twee of drie sporen. Een deel van de groep krijgt verlengde instructie, zij hebben nood aan extra uitleg. Een ander deel gaat autonoom aan de slag met wat meer basisoefeningen. Een laatste deel wordt uitgedaagd. Deze leerlingen krijgen complexere opdrachten, voeren online discussie en bedenken zelf vragen of maken instructiefilmpjes, …

Kortom: leerlingen motiveren voor Flipping the classroom kan op verschillende manieren. Uiteraard hen stimuleren om het filmpje te laten bekijken door een voorbereidende activiteit en het belang daarvan te duiden. Maar het succes van je flipping the classroom valt of staat met hoe je dit echt integreert in je lesaanpak. Geflipte les of niet: probeer, durf fouten te maken en leer samen met je leerlingen hoe het beter kan.

Wil je zelf ook deelnemen aan de vragensessies en de e-course? Check dan de websitelerendifferentiëren.be

Saskia Vandeputte
saskia@schoolmakers.be

Deze blog verscheen ook op de website van Leren Differentiëren, een e-course voor leraren secundair onderwijs die zich willen verdiepen in differentiatie.

Wil je op de hoogte blijven van onze activiteiten, publicaties en verhalen?

Schrijf je in op onze nieuwsbrief